Ik ben …gekend

Ben ik een voorlever? Ik ben moeder van vier, grootmoeder van negen, overgrootmoeder van negen. En dan alle aanhang, en soms dubbel, er zijn er ook gescheiden. Met die heb ik ook contact, de app is zo gemakkelijk. Ik ben er voor ze en ik bid voor ze.

Eerst was ik natuurlijk dochter van. Dat blijf ik. In 1931 ben ik geboren. Mijn moeder was zo bijbelvast. Ze werd maar 60, veel te jong stierf ze, onze kinderen waren nog klein. De laatste avond zei ze Psalm 111:5 voor me,

’t Is trouw, al wat Hij ooit beval;
het staat op recht en waarheid pal,
als op onwrikb’re steunpilaren.

Dat gaat altijd met me mee.

Ik ben ook schoondochter. Toen Henk en ik trouwden trokken we bij Henks ouders in, Henk nam de boerderij over. Dat waren zulke eenvoudige mensen, het ging heel vanzelf, we waren zo welkom.

Ja, zo ben ik ook boerin. We leven met de nuchterheid van het boerenleven. Je weet dat je afhankelijk bent. We hadden een kleine boerderij, 6 hectare, en we hadden het goed. Alles werd gebruikt. Bij droogte kregen koeien een klein stuk van de wei, en elke dag zetten we het touw een eindje verder. Dan konden we uitrekenen hoe lang we het nog konden uithouden zonder bij te voeren. Totdat het ging regenen – dan waren we zo dankbaar.

Ik ben verhuisd. Van Portengen naar Zeist. We zijn uitgekocht, het verkeersplein Oudenrijn moest daar komen. Dat was wel wennen, hier tussen de burgers. Ik ging meedoen met ‘meeleven’ in de Bergwegkerk, mensen bezoeken, ben ook ouderling geweest. Ik ben er voor de mensen, mooi, als dat kan. Nog steeds, ik neem mensen mee met de auto, leuk, samen ergens heen, gewoon voor een kop koffie.

Ja, zus ben ik ook! Mijn oude broers van 94 en 98 zijn blij als ik kom. Met mijn ene broer praat ik veel, ook over wat hierna komt. Als je oud wordt denk je daar meer aan. Ik vertrouw er op dat het mooi is en goed. Maar hoe? Of ik Henk zie? Dat weet ik niet, hoor.

Ik ben ook blij met nu. Dat ik op mijn tablet de uitvaart van een nicht kan volgen. Dat we een gemeente hebben met zoveel verschillende mensen, met zoveel vriendelijkheid en verbinding. Ja, dat is het ook, ik ben verbonden met zovelen. En we zijn allemaal anders. Mooi toch? Zoals de energie en de mooie vieringen van Pasen, daar geniet ik zo van.

Ik ben – ja, misschien ben ik ook wel een eenvoudig mens. Geen grote verhalen of deftig gedoe. Blij met kleine dingen, dat waren we altijd, dat ben ik nog.

Ja, een uur praten met Rie Fokker is snel om. We zouden haast de thee vergeten. Hier midden in het centrum vliegt de pimpelmees af en aan naar het kastje op haar balkon. De kleine dingen zijn overal. Thuis zoek ik Psalm 111:5 in de oude berijming op. Het vers van haar moeder gaat zo verder:

Hij is het, die verlossing zond
aan al zijn volk; Hij zal ’t verbond
met hen in eeuwigheid bewaren.

Verbinding, verbondenheid, verbond. Ik ben ik omdat God ‘jij’ tegen me zegt?

Dit artikel verscheen in juni 2023 in beknoptere weergave in Opgang.

Tekst: Roel Bosch
Foto: Daniël Claas